Onvolwaardige arbeidskrachten

In 1928 ontwierp Grimmon de inrichting van de tentoonstelling Arbeid en Arbeidsmethoden voor Onvolwaardige Arbeidskrachten (A.V.O.). Deze tentoonstelling vond plaats in vijftien zalen op de begane grond en in de bovenzaal van het Stedelijk Museum in Amsterdam. De tentoonstelling zou plaatsvinden van 4 tot 18 oktober, maar ondervond door de vele publiciteit gaandeweg steeds meer belangstelling en werd daarom verlengd tot 27 oktober; de openingstijden werden verruimd tot 10 uur ‘s avonds.infoAlgemeen Handelsblad, 16 oktober 1928 Er kwamen uiteindelijk 10.000 bezoekers waaronder, daags voor de sluiting, koningin-moeder Emma.infoAdelheid Emma Wilhelmine Therese van Waldeck en Pyrmont, Koningin der Nederlanden en Koningin-Regentes, Arolsen (D) 02-08-1858 – Den Haag 20-03-1934 (85)

Arbeidsongeschiktheid
Het internationale congres Arbeid voor Onvolwaardigen dat van 8 tot en met 12 oktober in het Koloniaal Instituut (later Tropeninstituut) plaatsvond vormde de aanleiding voor de tentoonstelling. Op het congres voerden tal van sprekers het woord over de problematiek van mensen die fysiek arbeidsongeschikt waren; er was veel aandacht voor preventief beleid van gezondheidsdiensten, met name het uitbreiden van medisch schooltoezicht om ziekten op latere leeftijd te voorkomen.infoAlgemeen Handelsblad, 10 oktober 1928 De belangrijkste conclusie was dat het om een organisatorisch probleem ging. Samenwerking tussen werkgevers en werknemers over de beloning van arbeidsongeschikten – het moeilijkste vraagstuk – zou een oplossing kunnen bieden, naast verplichte scholing voor blinden en doofstommen, toetsing op arbeidsongeschiktheid door de industrie en samenwerking tussen overheid en particulier initiatief om passende arbeid te vinden voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten.infoTilburgse Courant, 13 oktober 1928 De regering stelde na het congres een staatscommissie in die zich op het vraagstuk zou richten, echter cijfers ontbraken nog.

Wil Sandberg
Met de afdeling Statistiek werd op de tentoonstelling een aanzet gedaan om inzicht te krijgen in de omvang van het probleem. Aan de jonge ‘sierkunstenaar’ Wil SandberginfoJonkheer Willem Jacob Henri Berend,Amersfoort 24-10-1897 – Amsterdam 09-04-1984 (86) was gevraagd om beeldstatistieken te maken. Het ontwerpen van dergelijke grafieken had Sandberg na zijn kunstopleiding aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten geleerd bij socioloog Otto NeurathinfoWenen (O) 10-12-1882 – Oxford (VK) 22-12-1945 (63) in Wenen. “Deze visuele voorstellingen van abstract-mathematische gegevens, een combinatie van kunst en sociale wetenschap, zag hij toen als de verbeeldingsvorm van de toekomst.”infoHuygens KNAW, Sandberg Van 1945 tot 1963 zou Sandberg directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam worden, waar hij bijna twintig jaar daarvoor had meegewerkt aan de AVO-tentoonstelling.
Dagelijks werden bij de tentoonstelling zo’n 150 catalogi verkocht, maar de bijdrage van Sandberg is er niet in vermeld.infoArian (2010)

Orthopedie
Voor de duur van de tentoonstelling was de orthopedische werkplaats van de gemeentelijke geneeskundige en gezondheidsdienst van Amsterdam, waar kunstarmen en -benen, corsetten, stelten van leer en celluloid werden gemaakt, overgebracht naar het Stedelijk Museum. Ook werkten er mensen met verschillende beperkingen. “Het is leerzaam op de tentoonstelling te kunnen zien wat blinden, doofstommen, geesteszieken kunnen presteren en menig volwaardige ziet hiernaar met het gevoel zelf vrij onvolwaardig te zijn. Onvolwaardigheid en volwaardigheid zijn relatieve begrippen,” constateerde arts en sociaal-democraat Louis HeijermansinfoRotterdam 22-12-1873 – Amsterdam 22-07-1938 (64) in 1928 het Algemeen Handelsblad.infoHeyermans (1928)

Blinde fietsenmaker
In 2002 publiceerden H. Hermans en S. Schmidt het artikel Een blinde fietsenmaker aan het werk in het Stedelijk over het AVO-congres en de tentoonstelling. De inrichting beschreven zij als volgt: “Op zeer moderne, plastische wijze was de publieksvoorlichting door middel van wandplaten, foto’s, filmvoorstellingen, affiches, lichtbakken, maquettes en een diorama (van de tuberculose-nazorg) vorm gegeven, en waar mogelijk was gebruik gemaakt van bewegings-, licht-, kleur- en geluidseffecten. Statistische gegevens, erfelijkheidsvoorlichting, actuele informatie over (na)zorginstellingen en organisaties, relevante facetten van arbeid en arbeidsmethoden werden zo voor een groot publiek toegankelijk en aanschouwelijk gemaakt. Diverse buitenlandse inzendingen moesten illustreren wat elders reeds tot stand was gebracht. Een historische afdeling was gewijd aan de beeldvorming ten aanzien van gehandicapte mensen in het verleden.” infoHermans en Schmidt (2002), p. 226

© Archief Grimmon

 

Print Friendly, PDF & Email