Piet Grimmon

Vrienden van het Potsdam Museum
In 2017 droeg de Vriendenvereniging van het Potsdam Museum de collectie van dr. Heinz Müller, die in 2014 aan de vereniging was geschonken, over aan het museum. De collectie bevat onder meer de schriftelijke nalatenschap van de schilder Heinrich Basedow jr. Op basis van deze informatie houdt Siegfried Jahn zich sinds 2015 bezig met leven en werk van Basedow.
De nalatenschap bevat ook foto’s van diens schilderijen, waaronder zwart-wit foto’s van de portretten van “de heer en mevrouw Grimmon uit Haarlem”. In correspondentie was sprake van een getekend portret van mevrouw Luise Lauff-Etter, de moeder van “mevrouw Grimmon”, gemaakt in 1933.infoE-mail Siegfried Jahn, 28 februari 2017

Lafedons / Basedow
Op 2 januari 2017 zag Jahn het portret van “de heer Grimmon” voor het eerst in kleur, op deze website van het Archief Grimmon, die hij via Google had gevonden. Omdat dit schilderij, met de signatuur Lafedons Gaarlem, volgens de onderhavige website in de collectie van het Amsterdam Museum is opgenomen, stuurde hij het museum een bericht waarin hij uitlegde hoe de signatuur gelezen zou moeten worden.
Hij schreef: “Een correcte toewijzing was niet mogelijk omdat Heinrich Basedow nog het Sütterlinschrift gebruikte, dat in Duitsland tot 1941 gangbaar was. De als ‘L’ geïnterpreteerde hoofdletter [van ‘Lafedons Gaarlem’] is dan ook een ‘B’, de ‘f’ een kleine ‘s’, de ‘ns’ een ‘w’ en de grote ‘G’ een ‘H’ [ofwel: Basedow Haarlem]. lk ben blij dat het schilderij behouden is gebleven. Over de familie Grimmon kon ik tot nu toe nog niets vinden. infoE-mail Siegfried Jahn, 2 maart 2017
Het Amsterdam Museum stuurde op 26 februari 2017 de gevraagde gegevens over het schilderij aan Jahn. Over de familie Grimmon was geen informatie beschikbaar, liet het museum weten – terwijl er eerder toch veel contact is geweest tussen het Archief Grimmon en het museum, vooral met Frans Oehlen.

Portretten van de heer en mevrouw Grimmon uit Haarlem
Voor de Vrienden uit Potsdam was via het Archief Grimmon intussen duidelijk geworden dat mevrouw (Anna) Grimmon-LauffinfoRottweil (D) 11-08-1887 – Haarlem? 03-03-1980 (92) de echtgenote van de Haarlemse ingenieur Piet GrimmoninfoPetrus Egbertus Gerardus, Amsterdam 28-09-1883 – Haarlem 07-06-1945 (61) was. Zij concludeerden dan ook dat de geportretteerde “heer Grimmon” Piet Grimmon moet zijn geweest.
Dit berichtte Markus Wicke, voorzitter van de Vriendenvereniging, op 27 februari 2017 per e-mail aan het Archief Grimmon. Hij stuurde de zwart-wit afbeeldingen van de portretten en een lijst van werken uit een in 1978 uitgebrachte catalogus mee.infoMüller (1978) De datering van de portretten in 1938, zoals in de catalogus is vermeld, zal een vergissing zijn geweest van Basedow, die de gegevens uit zijn herinnering moest oproepen omdat hij na de oorlog niet meer in Potsdam teruggekomen was en geen documenten meer had, veronderstelde Jahn – hoewel het jaartal 1932 te lezen is op de foto van het portret van “de heer Grimmon” in diezelfde catalogus. Afgezien hiervan is het ondenkbaar dat Piet in 1938 nog had willen poseren (zie verder).
Op grond van alle informatie uit Potsdam moest ook het Archief Grimmon constateren dat het Amsterdam Museum niet het portret van Ad Grimmon, maar dat van zijn tweelingbroer Piet Grimmon had aangeschaft op de veiling van Christies in 1993. Piet Grimmon, ingenieur, was beroepsmatig steeds op zoek naar de modernste technische apparatuur. Nu hij de geportretteerde blijkt te zijn is de afbeelding van de stoommachine uit Oisterwijk als attribuut op het schilderij beter te begrijpen.
Maar dat het enigma van de verkeerd gelezen signatuur, dat nu dus nergens meer op slaat, kon worden gekraakt tot de namen van Ad Grimmon en Geer de la Mar, die elkaar bovendien kunnen hebben gekend, blijft op zijn minst bizar.

Piet Grimmon en Anna Lauff
De broers Grimmon gingen naar de Openbare Lagere School III in Amsterdam,infoGrimmon (1941) en volgden aansluitend een driejarige beroepsopleiding aan de Tweede Ambachtsschool aan de Westerstraat 187. Piet moest in 1902 in militaire dienst, terwijl Ad bij de loting werd vrijgesteld.infoMilitieregisters MRSAA00146000085 nr 3554 (22 december 1902)
Piet specialiseerde zich na zijn dienstplicht in elektrotechniek. In 1909 vertrok hij vanuit het ouderlijk huis, een bovenwoning aan de Kerkstraat 311, naar Argentinië. Daar richtte hij in Buenos Aires de firma Czernin, Grimmon & Co op, een bedrijf in elektrotechnische apparatuur. Onder meer via advertenties in het Algemeen Handelsblad zocht hij informatie over de nieuwste uitvindingen voor zijn bedrijf; reacties konden naar zijn vader aan de Amsterdamse Kerkstraat worden gestuurd.infoAlgemeen Handelsblad, 13 juni 1912
In 1911 kwam zijn broer Ad samen met collega-architect Barend van den Nieuwen Amstel jr.infoAmsterdam 31-05-1883 – Amsterdam 12-09-1957 (74) ook naar Buenos Aires. Het ligt voor de hand dat zij Piet hier hebben opgezocht; of er via Piet een werkrelatie met de Britse architect Sir Edward Poynter was, voor wie Ad zou gaan werken, is niet bekend.
In de loop der jaren reisde Piet Grimmon regelmatig heen en weer tussen Amsterdam en Zuid-Amerika,infoStadsarchief Amsterdam, OGDA00163000020 ook middenin de Eerste Wereldoorlog, zoals met de SS Zeelandia die op 23 juni 1916 in Buenos Aires aankwam. Een week later trouwde hij er met de Duitse Anna Lauff.infoRottweil (D) 11-08-1887 – ? Haarlem 03-03-1980 (92)
Na de geboorte van hun zoon Gerardo,infoIn Archief Amsterdam en NA geregistreerd als dochter, met namen Gerarda Egberdo José, Buenos Aires (Argentinië), 12-04-1917 – ? een klein jaar later, bezocht hij Amerika nog eens. Bij het bevolkingsregister van Amsterdam stond hij inmiddels niet meer als tekenaar, maar als handelsreiziger geregistreerd.infoStadsarchief Gemeente Amsterdam OGDA00163000020, 25 juli 1917

Terug in Nederland
Piet, Anna en Gerardo Grimmon bleven nog ruim drie jaar in Buenos Aires wonen, waarna ze zich definitief in Nederland zouden vestigen. Na terugkomst in 1920 trokken zij tijdelijk in bij de ouders van PietinfoOp 15 oktober 1920 zijn zij ingeschreven bij Egbertus Jacobus Joseph, Amsterdam 30-04-1857 – Hilversum 23-02-1933 (75) en Dorothea Maria Simonetta Beckers, Amsterdam 16-05-1861 – Hilversum 03-11-1943 (82) die hun Amsterdamse bovenwoning aan de Kerkstraat vier jaar eerder hadden verruild voor een vrijstaande woning aan de Ruitersweg 8 in Hilversum.
Piet’s vader Egbert werkte nog steeds voor de gemeente Amsterdam; sinds vijf jaar niet meer als opzichter openbare werken, maar als controleur bij de klachtendienst. Dat zou hij tot zijn pensioen in 1922 blijven doen.infoStadsarchief Gemeente Amsterdam, Pensioenkaarten 1894-1915

Autoraces in Zandvoort aan Zee
Na een maand, op 16 november 1920, vond Piet Grimmon een huis aan de Zeestraat 28 in Zandvoort.infoStadsarchief Gemeente Amsterdam, Overgenomen Delen 1892-1920 Hij had zich gespecialiseerd in de autobranche, importeerde innovatieve rembekledingssystemen van het wereldberoemde merk Ferodo, en die kon hij een paar jaar later in Zandvoort testen: vanaf 1930 werden er op straat autoraces gehouden, en vanaf 1939 op het nieuw aangelegde Circuit Park Zandvoort.
Piet sloot zich aan bij de Nederlandsche Export en Import Maatschappij, NEDEXIMPO te Amsterdam,infoDe Ingenieur, 29 januari 1921 publiceerde over nieuwe technische ontwikkelingen en materialen, zoals plexiglas en asbest, in het tijdschrift De Ingenieur. Ook bracht hij “het tegenwoordige autoverkeer alsmede het moderne krachtwerktuig” in beeld op beurzen in Haarlem of op de RAI in Amsterdam.infoHet Vaderland, 3 juli 1930, Algemeen Handelsblad, 22 januari 1931, Algemeen Handelsblad, 21 januari 1938 Hij werd een bekend importeur in de branche, de zaken verliepen voorspoedig en hij werd een zeer vermogend man.
Na negen jaar verhuisde het gezin naar Haarlem, waar Piet Grimmon een kapitaal pand aan het Kenaupark 23 had gekocht; hij vestigde er ook zijn bedrijf.infoJ. Bart Uittenhout (1994) en Adresboek Haarlem (1931). De familie schreef zich er op 29 oktober 1929 in. Het herenhuis is er een uit een reeks van negen; het werd in 1867 door de Nederlandsche Maatschappij voor Grondcrediet gebouwd voor Haarlemse families met groot aanzien. De herenhuizen aan het Kenaupark, evenals het park zelf, werden Rijksmonument.infonr. 19356

Veiling
In mei 1931 meldde Anna Grimmon-Lauff zich aan als lid van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij NSDAP. Enkele maanden later werd het lidmaatschap eenzijdig beëindigd met als reden: “Eheman gegen die Bewegung”: haar echtgenoot had bezwaar tegen de partij.
In ditzelfde jaar kwam de Duitse schilder Heinrich Basedow jr., eveneens NSDAP-lid, uit Potsdam naar Haarlem. Hij had de opdracht gekregen om een portret van zowel Anna als Piet Grimmon te maken; in verband met het portret van Anna maakte hij ook een portretbuste in hout.
In 1935 schreef Anna enkele brieven aan de kunstenaar/auteur Kurt Kluge, waarin ze onder meer over de portretten spreekt. Ze wilde opnieuw lid worden van de NSDAP maar werd niet meer toegelaten omdat eerder was gebleken dat haar echtgenoot daar bezwaar tegen had.
Hoe het contact met Basedow tot stand kwam en waar de twee portretten daarna zijn gebleven is nog grotendeels onbekend. Het portret van Piet Grimmon dook in 1993 op bij een veiling bij Christie’s; het werd aangekocht door het Amsterdams Historisch Museum (nu Amsterdam Museum). Omdat het tegelijkertijd met Ad Grimmon’s nalatenschap op de veiling werd gebracht werd sindsdien aangenomen dat dit ook portret van Ad Grimmon was. Het werd echter niet door de nazaten van Ad Grimmon op de veiling gebracht, zij kenden het schilderij ook niet, maar door Kunstmakelaardij Metzemaekers uit Oisterwijk. Hoe deze coïncidentie te verklaren is, de gelijktijdige veiling van Ad Grimmon’s nalatenschap en die van het portret van Piet Grimmon, blijft onduidelijk. Metzemaekers kan niet laten weten van wie het schilderij afkomstig is “aangezien wij onze administratie 10 jaar bijhouden”infoE-mail Mieke van Tiel, Metzemaekers, ’11 juli 2015 en Christies kan ook geen uitsluitsel bieden.infoHoewel Christies liet weten over enige informatie te beschikken betreffende de toenmalige verkoper, maar weet niet of deze informatie correct is. Bovendien verstrekt men geen informatie over klanten. Een verzoek van het Archief Grimmon is door Christies aan het bij hen bekende adres van deze persoon doorgestuurd, maar niet beantwoord. Correspondentie juli 2015.

Gerardo Grimmon
Vanaf zijn derde jaar groeide Gerardo Grimmon op in Zandvoort aan Zee, waar hij naar de lagere school ging. Na de verhuizing werd hij toegelaten tot de HBS-A van het Gemeentelijk Lyceum Haarlem.infoHaarlems Dagblad 12 juli 1930, 11 juli 1933, 11 juli 1935 Later is hij geregistreerd als metaalbewerker en weer later, net als zijn vader, als handelaar in machines.infoArchief Amsterdam, archiefkaart Grimmon, Gerardo Egberto Jose – 12-04-1917 – A01232_0284_0683
Op 23 maart 1937 werd hij opgeroepen voor ‘gewone dienstplicht’, maar kreeg “uitstel van oefening voor het eerste jaar”. Een klein jaar later, op 18 februari 1938, werd hij overgeplaatst naar het Korps Motordienst. Uiteindelijk zou zijn dienstplicht niet meer dan twee maanden duren: al op 26 april 1938 werd hij uit de dienst ontslagen “wegens ziels- of lichaamsgebreken welke ontstaan zijn buiten de dienst”.infoNoord-Hollands Archief, Militieregisters, Aktenummer 105
Waar het zijn moeder in 1931 en 1935 niet was gelukt om lid te worden van de NSDAP, slaagde Gerardo daar in 1939 wel in; als (volwassen) man had hij van niemand toestemming nodig. Hij werd niet slechts lid maar zou zich, na de Duitse bezetting van Nederland, in 1940 vrijwillig aansluiten bij de Waffen-SS, sinds 1939 de militaire tak van de NSDAP.infoOp 19 augustus 2019 merkte het Archief Grimmon op, dat de archiefkaart van Gerardo E.J. Grimmon, honderd jaar na zijn geboorte, openbaar gemaakt was door het Archief van de gemeente Amsterdam. Op deze kaart is zijn beroep is doorgestreept en vervangen door de tekst SS-man Dat hij werd opgeleid in München en vervolgens in Heuberg, Liechtenstein, maakte historicus Cees Kleijn op uit zijn identiteitsplaatje (Erkennungsmarke) waarin de code: Rgt. W. -3762- was gegraveerd. Ook zijn rang van soldaat eerste klas wijst daar volgens Kleijn op, omdat deze bevordering vaak na een jaar plaatsvond.infoE-mail Cees Kleijn, 23 juli 2019

Scheiding van Piet Grimmon en Anna Lauff
Piet Grimmon wilde niets te maken hebben met de nationaalsocialistische sympathieën van zijn vrouw en zoon. Het toch al bijzonder slechte huwelijk, waarin ook sprake was van geweld en mishandeling, met Piet aan de ene kant en Anna en Gerardo aan de andere, hield geen stand. In 1937 verliet Piet het huis aan het Kenaupark, nadat hij wederom een naar Noord-Amerika was gereisdinfoStadsarchief Rotterdam, passagierslijst Holland Amerika Lijn, SS Volendam afvaart 7 juli 1936 en betrok (tijdelijk) woonruimte in de buurt, aan de Schotersingel 87.infoAdresboek Haarlem 1939 Op 9 augustus 1938 sprak de Arrondissementsrechtbank van Haarlem de echtscheiding uit.infoHet vonnis inzake de scheiding van tafel en bed werd gepubliceerd in de Nederlandsche Staatscourant 13 augustus 1938. In dit vonnis wordt als beroep van Piet koopman vermeld, Anna is zonder beroep
Een week nadat het vonnis in de Staatscourant was gepubliceerd logeerde de familie Grimmon uit Haarlem, drie personen, in het gerenommeerde Grand Hotel Groot Berg en Dal te Nijmegen – daar verbleef op dat moment bijvoorbeeld ook jonkheer C.J. Six, jurist en lid van de Nederlandse Adelsvereniging.infoProvinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant, 19 augustus 1939, p.3. In Haarlem was geen andere familie Grimmon ingeschreven dan de uit drie personen bestaande familie van Piet Grimmon Waarom de Grimmons zo kort na de scheiding bijeenkwamen in Nijmegen is niet duidelijk. Misschien had het iets te maken met de komst van barones Irène Petrovna de JominiinfoIrina Petrovna de Jomini, Tiflis (Rusland) 26-12-1920 – Genève (Zwitserland) 23-09-2019 (96) naar Brummen, 45 kilometer verderop. 

Vermist in de Donbas, Oekraïne
Irène de Jomini, telg uit een Zwitsers-Russische familie, was 20 jaar toen zij zich inschreef in het bevolkingsregister van Brummen. Hoe en waar zij Gerardo heeft ontmoet is niet bekend.infoRegionaal Archief Zutphen, eind 1938. Nazaten van De Jomini hebben geen behoefte aan contact Irène de Jomini Op 27 juni 1941 kondigde Anna Grimmon-Lauff samen met “baron P. de JominiinfoPiotr Nikolaievitch (Pierre), Kozlovka / Tcheboksary (Rusland) 28-06-1894 – Genève (Zwitserland) 28-08-1958 (64) en Elisabeth, geb. Prinzessin de Girey,infoElisaveta Mikhailovna (elisabeth) Sultan Toktamich Ghirey, regio Neijni-Novgorod (Rusland) 06-09-1895 – Meyrin, kanton Genève (Zwitserland) 24-12-1982 (87) de verloving aan van hun kinderen “baronesse Irina de Jomini en Gerhard Grimmon” vanuit Haarlem, Deutschland (sic).infoHaarlems Dagblad, 27 juni 1941, en Deutsche Zeitung in den Niederlanden, 27 juni 1941 De 24-jarige Gerhard, zoals zijn moeder hem nu noemde, was “zur Zeit im Feld” met de Waffen-SS.info25.000 Nederlanders namen vrijwillig dienst binnen de gelederen van de Waffen-SS. Hiermee leverde Nederland niet slechts relatief, maar ook absoluut, het grootste aantal vrijwilligers in de Waffen-SS van alle door nazi-Duitsland bezette gebieden. [..] Het grootste gedeelte van de Nederlanders in de Waffen-SS streed aan het Oostfront [..], Van Roekel (2011), p. 72 De verloving vond plaats in Bern.
Anna Grimmon sprak in de annonce in de Deutsche Zeitung in den Niederlanden over “mijn” zoon; Piet Grimmon onderschreef het bericht niet, hij had afstand genomen van haar en van Gerardo. Na diens vertrek naar DuitslandinfoIn het militieregister is opgetekend: ‘woont in Berlijn’, Noord-Hollands Archief, Militieregisters, Aktenummer 105 keerde hij terug naar het huis aan het Kenaupark.infoDeutsche Zeitung in den Niederlanden, 5 september 1940 Waar Anna sindsdien verbleef is niet bekend.infoAnna Grimmon-Lauff overleed op 3 maart 1980, plaats onbekend (92)
Gerardo Grimmon was inmiddels SS-Sturmmann in de dertiende compagnie van het Regiment Westland, onderdeel van de SS-Division Wiking en betrokken bij de veldtocht tegen de Sovjet-Unie.infoDe divisie Wiking was vanaf eind juni 1941, van meet af aan betrokken bij de veldtocht tegen de Sovjet-Unie. Tijdens deze veldtocht waarin zij bijna onafgebroken aan de zuidzijde van het Oostfront werd ingezet, ontwikkelde Wiking zich tot absolute elitedivisie en wellicht de militair best presterende divisie waarin niet-Duitse vrijwilligers dienden, Van Roekel (2011), p. 72
Op 2 december 1941 werd hij bij MarinkainfoAnna-Marijewka in Duitse spelling in de regio Donbas, Oekraïne, vermist gemeld.infoE-mail Cees Kleijn, 23 juli 2019

Tesselschadestraat Amsterdam
Een paar maanden later, middenin de oorlog, dook Gerardo Grimmon weer op in Haarlem, waar hij op 30 april 1942 trouwde met Irène de Jomini.infoArchief Amsterdam, en Oprechte Haarlemsche Courant, 1 mei 1942 Zij huurden een kamer bij weduwe Suzanna Loos-Van Dijk aan de Tesselschadestraat 1B-hs in Amsterdam, reisden samen naar Rosenfeld, Duitsland, vervolgens vertrok Gerardo weer naar Rusland; Suzanna Loos herinnerde zich later dat hij veel op reis was en weinig thuis.infoArchief Amsterdam, Woningkaart Tesselschadestraat, 1b huis – 1262_WKSAA00350000003, eigenaar woning wed. Susanna Loos – Van Dijk. Irina werd op 19 september weer in Amsterdam geregistreerd, Gerard op 28 september
Het huwelijk hield nog geen acht maanden stand; op 8 december 1942 sprak de Arrondissementsrechtbank van Haarlem de echtscheiding uit.infoHet vonnis werd op 8 januari 1943 gepubliceerd in de Nederlandsche Staatscourant en in het Bevolkingsregister van Amsterdam gedateerd op 3 februari 1943 Gerardo vertrok naar Haarlem, Schotersingel 87 – het adres waar zijn vader inmiddels woonde. Maar vanaf 23 mei 1944 weer te vinden aan de Tesselschadestraat. Toen hij zich daar in SS-uniform liet zien, zei hospita Loos hem de huur op en vertrok hij naar de Haringvlietstraat, waar hij een kamer huurde bij de familie Kolbe.
‘Met Dolle Dinsdag (5 september 1944) is alles gevlucht’, verklaarde een buurvrouw aldaar later. Dat heeft Gerardo inderdaad gedaan, nadat hij eind augustus nog was hertrouwd met Sylvia Martin, danseres uit Berlijn;infoSylvia Katharina, Berlijn Charlottenburg 13 september 1924, huwelijk 22 augustus 1944 tezamen verlieten zij Amsterdam en vertrokken naar Rottweil am Neckar, Baden Würtemberg: de geboorteplaats van Anna Lauff, Gerardo’s moeder. Daar werden ze vrijwel direct, op 9 september, door het Rode Kruis tewerkgesteld.
Irène de Jomini zou tot eind januari 1947, en tussentijds in Den Haag,infoArchief Amsterdam, Woningkaart Tesselschadestraat, 1b huis – 1262_WKSAA00350000003 aan de Tesselschadestraat blijven wonen. Waarheen zij daarna is vertrokken is onbekend. Ze overleed in 2016 in Genève.infoTribune de Geneve, 10 oktober 2016 

Overlijden Piet
Sinds Piet Grimmon het enorme pand aan het Kenaupark had verkocht infoJ. Bart Uittenhout (1994) werd het in gebruik genomen door Duitse organisaties; in naastliggende panden was dat al het geval. Het Kenaupark was het centrum van de bezetters in Haarlem geworden. Na de oorlog werd Piet geïnterneerd in het Sint Elisabeth GasthuisinfoRijksmonument nr. 19096 aan de Gasthuisvest. Daar overleed hij op 7 juni 1945, een maand na de Bevrijding, 61 jaar oud. Johannes Ruigrok van der Werven, een 66-jarige begrafenisondernemer, deed aangifte van zijn overlijden.infoBevolkingsregister gemeente Haarlem, overledenen 1945, 21 juni, 313  A 1869; Anna Lauff wordt ten onrechte nog vermeld als echtgenote.
Ook Anna Grimmon-Lauff werd geïnterneerd, tot 1 januari 1947. Daarna is ze vertrokken naar Buenos Aires, waarheen ook Gerardo is vertrokken. Ze overleed vermoedelijk op 3 maart 1980.

© Archief Grimmon

 

Print Friendly, PDF & Email